Behandelingen & onderzoeken

Radiotherapie bij borstkanker

Radiotherapie, ook wel bestraling genoemd, is de behandeling van kanker met straling. Bij radiotherapie wordt net als bij röntgenfoto’s röntgenstraling gebruikt, alleen met een veel hogere energie.

Het doel van de behandeling is snel delende kankercellen te doden, waarbij gezonde cellen zoveel mogelijk gespaard blijven. U kunt de straling niet zien, ruiken en voelen.

Meer over radiotherapie bij borstkanker

Waarom is radiotherapie nodig?

Het doel van bestraling is om (eventuele achtergebleven) kankercellen stuk te maken. De kans op terugkeer van borstkanker is dan kleiner. Bestraling kan in de volgende gevallen nodig zijn:

  • voor of na een operatie als onderdeel van een borstsparende behandeling;
  • als in de schildwachtklier uitzaaiingen zijn gevonden;
  • in sommige gevallen na een borstamputatie. 

Voorbereiding

In overleg met uw arts bent u verwezen naar de afdeling Radiotherapie van het UMC Utrecht (Universitair Medisch Centrum Utrecht). Dit is het bestralingscentrum voor Midden Nederland. Er zijn twee behandellocaties: één bij het UMC Utrecht aan de Heidelberg 100 in Utrecht en één bij het St. Antonius Ziekenhuis aan de Soestwetering 1 in Utrecht. Het eerste gesprek over uw behandeling vindt altijd plaats in het UMC Utrecht. Daarna wordt samen met u bepaald waar de bestraling plaatsvindt.

Wilt u voor uw behandeling liever naar een ander bestralingscentrum? Laat dit uw arts dan weten.

Aanmelding

Het St. Antonius Kankercentrum stuurt uw gegevens naar de afdeling Radiotherapie van het UMC Utrecht. U krijgt daarna een schriftelijke of telefonische uitnodiging voor een intakegesprek met de radiotherapeut. U heeft het intakegesprek voor of na uw borstoperatie. 

Intakegesprek

Het intakegesprek duurt ongeveer een half uur. U krijgt uitleg over de behandeling en u kunt al uw vragen stellen.

CT-scan

U krijgt na het intakegesprek in het UMC Utrecht een CT-scan. Soms op dezelfde dag of soms een paar dagen later. Met behulp van deze CT-scan wordt het bestralingsgebied precies bepaald en afgetekend. U krijgt een lijst met data waarop u voor de bestralingen wordt verwacht. De eerste bestraling is na 1,5 tot 2 weken na de CT-scan.

Tatoeagepuntjes

Na de scan krijgt u een aantal hele kleine tatoeagepuntjes. Deze puntjes zorgen ervoor dat u bij elke bestraling in de goede houding ligt. 

Vervoer

U kunt voor vervoer gebruikmaken van een taxi. De reiskosten worden (deels) door uw zorgverzekeraar vergoed. Hiervoor kunt u uw radiotherapeut om een machtiging vragen. Informeer bij uw zorgverzekeraar naar uw eigen bijdrage, en met welk taxibedrijf u mag reizen.

Behandeling

Hoeveel bestralingen nodig zijn, is per persoon verschillend. U hoort dit van uw radiotherapeut. Om de huid zo min mogelijk te beschadigen, worden de bestralingen gemiddeld over 3 tot 5 weken verdeeld. U komt dan elke werkdag voor een bestraling. Afhankelijk van de grootte van het gebied dat bestraald moet worden, duurt 1 bestraling zo’n 4 tot 5 minuten. Bestraling is niet pijnlijk. U voelt er helemaal niets van.

Aangepast schema

Bent u al wat ouder en/of heeft u een matige conditie? Dan past de radiotherapeut het schema in overleg met u zo nodig aan.

Nazorg

Bijwerkingen op korte termijn

Het hoeft niet, maar het kan zijn dat u last krijgt van bijwerkingen. De week na de bestralingen zijn eventuele bijwerkingen meestal het hevigst. Daarna wordt het meestal weer beter.

Gevoelige rode huid

De bestraalde huid kan tot de eerste weken na de behandeling verkleuren. De kleur kan variëren van lichtrood tot rood, of bruin tot donkerbruin. Is uw huid flink rood? Dan kan deze gaan vervellen. Dit is tijdelijk. Ook kan uw huid droog aanvoelen en jeuken. Het is daarom belangrijk uw huid tijdens de bestralingsperiode goed te verzorgen. Uw radiotherapeut geeft u hierin advies.

Vermoeidheid

Tijdens en/of na de bestralingsperiode kunt u last hebben van vermoeidheid. Misschien door het reizen. Maar het kan ook een reactie zijn op de behandeling. Dit kan wel een paar maanden duren. U kunt dan het beste rustig aan doen. Om uw conditie weer wat op te bouwen, kunt u meedoen aan speciale herstelprogramma’s onder leiding van fysiotherapeuten. Als u dat wilt, kan uw casemanager u hier meer over vertellen.

Bijwerkingen op lange termijn

Korte of langere tijd na de bestralingsperioden kunt u ook nog last krijgen van bijwerkingen.

Steken in de borst

Een half jaar tot een jaar na de bestralingen kunt u last hebben van steken in de borst. Dit kan pijnlijk zijn. Het komt vaak onverwacht en duurt kort. Vaak is het na inspanning erger. U hoeft zich hier niet ongerust over te maken.

Oedeem

Er kunnen na de bestralingen wat hardere plekken in de borst ontstaan. Dit komt door oedeem (vochtophoping). Dit gaat na een paar weken meestal vanzelf over. Duurt herstel in uw geval langer? Vraag uw casemanager dan om een verwijzing naar een lymfedrainage-therapeut bij u in de buurt. Mogelijk heeft u hier baat bij.

Borst minder soepel

Door de bestralingen wordt uw borst minder soepel, en voelt meestal steviger aan dan voorheen. Dit kan na verloop van tijd weer minder worden. Maar uw borst wordt meestal niet meer zo soepel als eerst. Hierdoor staat de borst vaak wat ‘hoger’ dan voorheen. Als het litteken vlak naast de tepel zit, kan ook de stand van de tepel enigszins veranderen: intrekken of iets afstaan. Met kleding en een goede beha kunt u dit verschil meestal goed verhullen. Lukt dit toch niet goed? Dan kunt ook kiezen voor een deelprothese in de beha. 

Herstel

Afhankelijk van de ernst en de duur van de bijwerkingen, kan het enige maanden duren voordat u weer helemaal hersteld bent. Misschien heeft u iets aan de volgende leefregels en tips voor zo min mogelijk klachten:

  • Smeer uw huid in met een milde lotion of crème zonder alcohol: bijvoorbeeld cetomacrogol, calendula of flamigel.
  • U kunt gewoon douchen en in bad. Maar gebruik alleen milde zeep. Dep uw borst en/of het bestraalde gebied voorzichtig droog.
  • Gebruik alleen deodorant voor een gevoelige huid. Als dit de huid toch irriteert, kunt u beter geen deodorant gebruiken.
  • Scheer uw oksel alleen elektrisch. Gebruik dus geen scheermesjes. De kans op wondjes is dan het kleinst. Irriteert elektrisch scheren uw huid? Scheer uw oksel dan tijdelijk liever niet.
  • U mag wel zwemmen.
  • Gaat u naar de sauna? Voorkom dan heftige overgangen van warm naar koud, en andersom.
  • Wilt u in de zon zitten? Bedek de bestraalde huid dan volledig. Of smeer uw huid in met een zonnebrandcrème factor 50.

Controle

Tijdens de bestralingsperiode

U heeft tijdens de bestralingsperiode wekelijks een afspraak met uw radiotherapeut. U kunt dan al uw vragen stellen en eventuele klachten bespreken. Op andere dagen kunt u uw vragen of klachten ook altijd met de laboranten bespreken. Zij overleggen dan zo nodig met uw radiotherapeut.

Na de bestralingsperiode

U blijft de eerste 5 jaar onder controle:

  • u komt 1 maand na afronding van de radiotherapie voor controle bij uw radiotherapeut, daarna alleen als het nodig is;
  • er wordt de eerste 5 jaar elk jaar een mammogram (borstfoto) gemaakt, u heeft dan ook een controleafspraak met uw chirurg en/of casemanager op de poli van het Borstcentrum.

Zie ook Hoofdstuk 8.

Bij welke klachten waarschuwt u het ziekenhuis?

Neem bij (een van) de volgende klachten contact op met uw casemanager Chirurgie of de afdeling Radiotherapie van UMC Utrecht, T 088 755 88 00:

  • hoesten
  • kortademig of benauwd
  • verhoging of koorts

Neem ook contact op als eventuele bijwerkingen na de eerste 2 weken niet minder, maar juist erger worden. 

Code KAN PIM-BK-06-F

Terug naar boven