Fysiotherapie bij buikoperatie
Binnenkort wordt u in het ziekenhuis opgenomen voor een operatie. Deze ingreep en opnameperiode kan gezien worden als een topsportprestatie. Na een buikoperatie kunnen er complicaties ontstaan, zoals een longontsteking.
Een goede conditie voorafgaande van de operatie verkleint de kans op complicaties en draagt bij aan het herstel. Daarnaast helpen ademhalingsoefeningen bij het optimaliseren van de longfunctie zodat de kans op longcomplicaties kleiner wordt. In deze folder wordt u uitgelegd hoe u zichzelf het beste kan voorbereiden op deze operatie.
Op deze pagina snel naar
Kom in beweging voor de operatie
Als gevolg van de operatie en narcose zal de conditie en spierkracht bij iedereen sterk achteruitgaan. Uit onderzoek blijkt dat een fysiek betere conditie voor een operatie bijdraagt aan een zo optimaal mogelijk herstel met een minder grote kans op complicaties.
Hoe beter de spierkracht en conditie voor een operatie is, hoe sneller het herstel kan plaatsvinden. Het is dus erg belangrijk om voor de operatie in beweging te blijven en spierversterkende oefeningen te doen. Hieronder worden enkelen adviezen gegeven en in bijlage 1 vindt u spierversterkende oefeningen.
- Probeer dagelijks tweemaal per dag 30 - 45 minuten matig intensief te bewegen. Dit kunt u bijvoorbeeld doen door te wandelen of te fietsen. Tijdens de inspanning mag u licht gaan zweten, licht kortademig worden en zal de hartslag wat gaan stijgen. Het moet nog wel mogelijk zijn om tijdens deze inspanning een gesprek te voeren. Mocht het (nog) niet haalbaar zijn om 30 minuten achtereen te bewegen, bouw het dan op in blokken van bijvoorbeeld 5 minuten.
- Probeer zo vaak mogelijk de trap te gebruiken in plaats van de lift. Zorg dat het veilig gaat en doe het op uw eigen tempo, steun van de leuning mag u zeker gebruiken.
- Probeer de dagelijkse activiteiten in huis zoveel mogelijk zelf te doen.
- Naast bewegen is de balans tussen inspanning en rust natuurlijk ook belangrijk. Indien u een dag erg moe bent, probeer dan uw energie meer te verdelen over de dag. Dus neem dan gerust vaker een korte pauze tussen uw dagelijkse activiteiten.
- Tijdens het bewegen is het belangrijk dat u geen klachten ervaart of de pijn toeneemt. Is dit wel het geval? Neem dat contact op met uw behandelend arts of huisarts. Indien uw het fijner vindt om onder begeleiding te bewegen, kan u altijd naar een fysiotherapeut gaan bij u in de buurt.
Blijf in beweging tijdens de ziekenhuis opname
Uit onderzoek blijkt dat een hele dag stil op bed liggen, gepaard gaat met 1% - 5% spiermassaverlies per dag. Dit kan uiteindelijk veroorzaken dat het steeds moeilijker wordt uw dagelijkse activiteiten zelfstandig uit te voeren. Daarom is het belangrijk om ook tijdens de ziekenhuisopname zo veel mogelijk te bewegen. Zodra de situatie het toelaat is het belangrijk om zo snel mogelijk uit bed te komen onder begeleiding van de verpleegkundige of fysiotherapeut. Deze afwisseling van houding is erg belangrijk voor zowel de longen als de gehele conditie.
Adviezen voor tijdens de ziekenhuisopname
- Probeer zoveel mogelijk uit bed te zijn;
- Doe uw dagelijkse activiteiten zoveel mogelijk zelf;
- Zodra het kan, probeer het normale toilet te gebruiken in plaats van de postoel;
- Trek overdag uw normale kleren aan;
- Als u gaat lopen, doe dan uw schoenen aan;
- Nuttig de maaltijden aan tafel of in de eetzaal als die aanwezig is;
- Vraag om een hulpmiddel indien u merkt dat uw balans verminderd is.
Fysiotherapie tijdens de opname
De dag na de operatie komt de fysiotherapeut langs en geeft u voorlichting en adviezen t.a.v. het mobiliseren en zal samen met u de ademhalingsoefeningen doornemen. Dit voorkomt immobiliteit en verkleint de kans op complicaties.
Dag 1
Met de fysiotherapeut neemt u ademhalingsoefeningen door die u zelfstandig oefent (zie bijlage 2). Daarnaast leert u uit bed te komen zonder de wond te belasten. U oefent hoe u vanaf lig tot zit komt op de rand van het bed. Deze transfer maakt u via de zij: u buigt de knieën, draait op uw zij en gaat als een hefboom omhoog. Hierbij zet u af met uw elleboog en handen en beweegt uw de benen tegelijk uit bed (zie afbeelding hiernaast). Indien haalbaar start u de eerste dag met lopen, zo nodig met een hulpmiddel.

Dag 2 en daarna
De fysiotherapeut controleert de ademhalingsoefeningen en streeft naar zelfstandigheid in mobiliseren met of zonder hulpmiddel. U wordt geadviseerd meerdere keren per dag de afgesproken afstand te lopen. Indien nodig krijgt u hier hierbij hulp van de fysiotherapeut of loopt de verpleegkundige met u mee. Indien nodig oefent u het traplopen en ontvangt u oefeningen om de spierkracht te onderhouden voor tijdens u opname en eventueel thuis.
Adviezen na de opname
Luister goed naar u lichaam. Het is belangrijk om de inspanning met rust af te wisselen. Indien u vermoeid bent, neemt u rust en probeert u de energie over de dag te verdelen. Beweeg vaker kort met rust tussendoor, in plaats van eenmaal lang achter elkaar.
Probeer elke dag uw activiteiten op te bouwen en breidt het wandelen dagelijks met 5 minuten uit tot u functioneert zoals voor de operatie. Hanteer hierbij de leefregels na de operatie (zie bijlage 3).
Indien u onder begeleiding uw conditie op wilt bouwen, of merkt dat de conditie en spierkracht niet verbetert, kan u naar de fysiotherapeut bij u in de buurt gaan. Een verwijzing is niet noodzakelijk.
Contact
Heeft uw vragen? Neem dat gerust contact op met de afdeling fysiotherapie van het St. Antoniusziekenhuis.
Bijlage 1: Spierversterkende oefeningen
Als uw spierkracht voor de operatie groter is, houdt u meer reserve over voor na de operatie.
Toon meer
- Belangrijk is dat u alle oefeningen klachtenvrij kan doen en in balans kan blijven; Twijfelt u over een oefening, sla deze dan over;
- Probeer alle oefeningen twee keer per dag te herhalen;
- Voer elke oefening uit met 2x 10 herhalingen, indien dit te veel is, doe er dan minder;
- Gaat het goed? Probeer dan een serie extra te doen, dus 3x 10 herhalingen.
1. Knieën heffen in stand
Ga staan bij een stevig object zoals een tafel of het aanrecht en houdt hier goed vast. Hef uw been omhoog en zet het been weer terug. Na 1 set herhaalt u deze oefening met het andere been. Kijk zelf hoe hoog het lukt om je been op te tillen. 2 keer 10 herhalingen links en 2 keer 10 herhalingen rechts. Werk toe naar 3 keer 10 herhalingen.

2. Afwisselende lunges
Start in een staande positie. Maak een pas vooruit, houd uw romp recht en buig uw voorste knie. Houd uw andere been gestrekt achter u. Keer terug naar de startpositie en herhaal met het andere been. Wissel af tussen beide benen. Niet te diep doorzakken, evt. met steuntje zoals een stoel. Moet makkelijk uit te voeren zijn. Werk toe naar 3 keer 10 herhalingen.

3. Zijwaarts heffen been in stand
Ga staan bij een stevig object zoals een tafel of het aanrecht en houdt hier goed vast. Hef uw been zijwaarts omhoog en zet het been weer terug. Na 1 set herhaalt u deze oefening met het andere been. Kijk zelf hoe hoog het lukt om je been op te tillen. 2 keer 10 herhalingen links en 2 keer 10 herhalingen rechts. Werk toe naar 3 keer 10 herhalingen.

4. Squat met stoel
Ga net voor een stoel staan en sta op twee benen met uw knieën licht gebogen. Duw uw billen naar achteren alsof u gaat zitten. Net voordat u de stoel raakt, gaat u weer langzaam recht op staan. Herhaal deze oefening. Indien dit te zwaar is, kies er dan voor om helemaal te gaan zitten en vanuit deze positie zonder handen weer te komen staan. Werk toe naar 3 keer 10 herhalingen.

5. Opstappen op step/trap
Sta voor een trap of step. Plaats één voet op de step en zodra u stabiel staat zet u uw andere voet ernaast. Herhaal, waarbij u met het andere been begint. Eerst 12 herhalingen waarbij je met het linkerbeen eerst opstapt, vervolgens 12 herhalingen waarbij je met het rechterbeen eerst opstapt. Herhaal dit nogmaals en werk toe naar 3 keer 15 herhalingen.

6. Push up tegen muur
Sta rechtop met uw gezicht naar een muur. Zet uw handpalmen op schouderhoogte op de muur. Uw armen staan iets breder dan uw schouders op de muur. Houd uw lichaam recht en span uw bilspieren aan. Buig uw ellebogen en breng uw borst richting de muur. Let op dat u een rechte lijn houdt van uw voeten tot het topje van uw hoofd. Strek uw armen weer naar achteren, duw uw borst van de muur af en herhaal deze oefening. Werk toe naar 3 keer 10 herhalingen.

7. Optillen uit stoel met triceps
Start in zit. Zet uw handen naast uw heupen of op de armleuning van uw stoel. Zet nu druk met uw armen, waarbij uw armen strekken en uw billen omhoog komen. Laat uw schouders zo laag mogelijk hangen. Controleer de beweging terug naar de zittende positie. Werk toe naar 3 keer 10 herhalingen.

Bijlage 2: Longfysiotherapie
Waarom is longfysiotherapie belangrijk bij een grote operatie?
Tijdens een operatie, wanneer u onder narcose bent, is de ademhaling minder diep dan normaal. De smalle luchtwegen en longblaasjes kunnen hierdoor vernauwen of dichtgaan. Daarnaast kunt u na de operatie gehinderd worden om diep door te ademen en te hoesten door pijn in het operatiegebied. Hierdoor komt er minder lucht in het onderste gedeelte van de longen. Deze worden daardoor niet goed geventileerd waardoor het slijm niet weggevoerd kan worden.
Toon meer
Gevolg hiervan is dat het slijm, dat bij iedereen altijd aanwezig is, niet goed weg kan uit de longen. Dit is normaal bij een operatie maar kan bij sommige mensen na de operatie zorgen voor longproblemen zoals een longontsteking of luchtweginfecties.
Roken, ouderdom, overgewicht en longproblematiek (bijvoorbeeld COPD) zijn risicofactoren voor het krijgen van deze longcomplicaties. Uit onderzoek is gebleken dat de kans op longcomplicaties kleiner wordt na het herhaaldelijk uitvoeren van ademhalingsoefeningen.
Hoe kunnen longcomplicaties worden voorkomen?
Door het uitvoeren van ademhalingsoefeningen helpt u de luchtwegen na de operatie goed te ventileren en daardoor de longen schoon te houden. Dit kan de eerste dagen wat moeilijk zijn als gevolg van de wond. U kunt de wond ondersteunen door middel van een kussentje tegen de wond te drukken. Het doel van de ademhalingsoefeningen is om bovenstaande complicaties te voorkomen.
Onderstaande oefeningen helpen om de luchtwegen en de longblaasjes goed te ventileren en schoon te houden. Herhaal de oefeningen elk uur.
Oefening 1: Buikademhaling
Ga zo veel mogelijk rechtop zitten. Ondersteun de wond met een kussentje. Adem rustig door de neus in en voel dat de buik mee naar voren komt. Daarna langzaam met getuite lippen uitademen. Probeer de uitademing zo lang mogelijk te laten duren. Indien inademen door de neus niet mogelijk is doet u dat via de mond. Herhaal de oefening vijf keer en voer de oefening uit in een rustig tempo.
Oefening 2: Diep inademen en vasthouden
Adem in door de neus en houd de adem drie tot vijf seconden vast. Adem daarna weer uit door de mond met getuite lippen. Herhaal de oefening vijf keer en voer de oefening uit in een rustig tempo. Indien u kortademig wordt van deze oefening doet u een normale ademhaling tussendoor.
Oefening 3: Huffen en hoesten
Huffen en hoesten zijn twee technieken om slijm te verwijderen. Huffen is een korte krachtige uitademing met open keel. U kunt het vergelijken met het bevochtigen van brillenglazen of het bewasemen van een spiegel. Geef met de handen op een kussentje tegendruk tegen de wond. Adem dan diep in door de neus, open de mond en stoot in één keer de lucht kort en krachtig uit.
Even pauzeren en herhaal de oefening drie keer in uw eigen tempo. Mocht u tussen de oefeningen door een hoestprikkel krijgen, zet deze dan door. Mocht u na het uitvoeren van de oefeningen geen hoestprikkel krijgen, hoest dan zelf een aantal keer. Blijf hierbij met het kussentje tegendruk geven aan de wond.
Bijlage 3: Leefregels na de operatie
Na de operatie gelden er algemene leefregels voor thuis om het herstel te bevorderen. Zo blijft het bijvoorbeeld de eerste 6 weken belangrijk om via de aangeleerde techniek via zijlig uit bed te komen.
Tillen
Door te tillen verhoogt u de druk op de wond. Let er daarom op dat u de eerste 6 weken niet zwaar tilt, zoals boodschappen of kleine kinderen (til niet meer dan 5 kg).
Huishoudelijk werk
Doe de eerste weken geen zwaar huishoudelijk werk, zoals bedden verschonen en stofzuigen. Lichte werkzaamheden kunt u wel doen, maar zorg dat u zo min mogelijk bukt, rekt en strekt. Traplopen is geen probleem.
Fietsen
Pas als u vrij en pijnloos kunt bewegen mag u ook weer fietsen. Dit zal in het algemeen na 3 tot 6 weken kunnen.
Autorijden
De eerste twee weken na de operatie mag u niet autorijden. Uw reactievermogen kan tijdelijk minder zijn. Gaat u daarom goed na of dit (weer) in orde is voordat u gaat autorijden. Let er bovendien op dat zitten niet te pijnlijk is.
Sporten
Na 6 tot 8 weken (als de wond volledig gesloten is en de hechtingen verwijderd zijn) mag u, afhankelijk van de klachten, de belasting weer langzaam opbouwen.
Spierkrachtversterkende oefeningen
Na de operatie kunt u weer starten met de spierkrachtversterkende oefeningen uit bijlage 1.
- Oefening 1,3,4,5: Eén week na de operatie mag u met deze oefeningen starten.
- Oefening 2,6,7: Zes weken na de operatie mag u met deze oefeningen starten.
Meer informatie
Contact
St. Antonius Ziekenhuis, Locatie Nieuwgein, afdeling Fysiotherapie (Wencke Raterink of Jasmijn van Dijk), Koekoekslaan 1, 3435 CM Nieuwegein, T 088-320 77 50.