Aandoeningen Kankercentrum

Borstkanker (mammacarcinoom)

Borstkanker, veel mensen krijgen er op een dag mee te maken. Misschien heeft iemand in uw familie of vriendenkring deze aandoening of wordt u hier zelf voor behandeld. Als u te maken krijgt met kanker is dit zeer ingrijpend.

Het is belangrijk dat u weet wat de ziekte inhoudt, welke behandelopties er zijn en welke aanvullende zorg u kunt krijgen. Op deze pagina vindt u algemene informatie over borstkanker. Wilt u meer weten over het Borstcentrum van het St. Antonius Ziekenhuis? Als u op onderstaande button klikt, komt u op de websitepagina's van het Borstcentrum.

Borstcentrum

Meer over borstkanker

Borstkanker is in Nederland bij vrouwen de meest voorkomende kankersoort. 1 op de 7 vrouwen krijgt borstkanker. Ook mannen kunnen kanker in de borst krijgen, ongeveer 1% van de mensen met borstkanker is man. Jaarlijks wordt in Nederland bij ongeveer 12.000 mensen borstkanker vastgesteld.

Jaarlijks worden in het St. Antonius Ziekenhuis 3 tot 5 mannen met borstkanker behandeld. Informatie voor mannen met borstkanker vindt u op  www.mannenmetborstkanker.nl.

Wat is borstkanker

Het belangrijkste kenmerk van kanker is een afwijkende en niet te stoppen celdeling. Lichaamscellen zijn de kleinste bouwstenen van het lichaam. Elk weefsel en elk orgaan bestaat uit deze cellen. Lichaamscellen kunnen delen, waardoor er 2 cellen ontstaan en daaruit 4 etc. Celdeling is nodig voor groei en om oude en beschadigde cellen te vervangen.

De celdeling wordt normaal gesproken heel goed geregeld, zodat er niet te veel cellen worden gevormd. Als de celdeling niet goed wordt geregeld, ontstaat er een opeenhoping van zeer veel cellen. We spreken dan van gezwelvorming of tumorgroei (een tumor is een gezwel). We maken onderscheid tussen goedaardige en kwaadaardige tumoren.

Een borstkankergezwel groeit meestal in de weefsels rond de klierbuizen en klierkwabjes, zoals het vetweefsel. Ook kan het in de tepel groeien, aan de huid of aan de borstspier vastgroeien.

Soorten borstkanker

In de borst ontstaan kankergezwellen meestal in de melkgangen of in de melkklieren. Er zijn globaal 3 soorten:

  1. Ductaal Carcinoom In Situ (DCIS): dit is een voorstadium van borstkanker dat ontstaat in de melkgangen van de borst. Bij DCIS vermeerderen kwaadaardige cellen zich in die melkgangen maar hebben ze zich nog niet in omliggend weefsel verspreid.
  2. Ductaal carcinoom: deze vorm komt het meeste voor. Hij ontstaat in de melkgangen en vormt vaak een duidelijke knobbel.
  3. Lobulaire carcinoom: deze vorm ontstaat in de klierkwabjes en groeit vaak verspreid door de borst.

Daarnaast komen er nog enkele zeldzamere soorten borstkanker voor.

Doorgroei borstkanker

Een borstkankergezwel groeit meestal door in de weefsels rond de klierbuizen en -kwabjes, zoals het vetweefsel. Ook kan het aan de huid vastgroeien, in de tepel groeien of soms aan de borstspier vastgroeien. Soms ontstaat borstkanker in de tepel.

Overlevingskans

Bij borstkanker is de gemiddelde kans om de eerste vijf jaar te overleven ruim 80%.

Oorzaken van borstkanker

Ondanks de vele wetenschappelijke onderzoeken is het nog niet duidelijk geworden waardoor borstkanker ontstaat. Bij een klein deel van de patiënten (5%) is de oorzaak een afwijkend gen. Deze vorm van borstkanker is erfelijk. Bij deze patiënten komt borstkanker en soms eierstokkanker vaak in de familie voor. Er is wel een aantal risicofactoren beschreven, waarvan wordt gedacht dat het mogelijk invloed zou kunnen hebben op het ontwikkelen van borstkanker, onder andere erfelijkheid, langdurige menstruele activiteit, overgewicht, voeding, blootstellen aan straling, kinderloosheid of late geboorte van het eerste kind (na het 35e levensjaar). De grootte van de borst is géén risicofactor.

Symptomen

Veranderingen in de borst kunnen wijzen op borstkanker. De meest voorkomende verandering is een knobbeltje in de borst. Dit kan wijzen op borstkanker maar het kan ook andere oorzaken hebben. Wij raden u aan om bij afwijkingen naar uw huisarts te gaan.

Knobbeltje in de borst

Een knobbeltje is een verdikking in de borst die anders aanvoelt dan bobbeltjes die u normaal voelt. Vaak is het een knobbeltje in de borst iets harder dan de rest van het weefsel. Het kan soms kogelrond zijn en wegglijden onder de vingers. Soms voelt het als een strengetje of een verdikte schijf achter de tepel. De knobbeltjes doen meestal geen pijn.

Andere afwijkingen die kunnen wijzen op borstkanker zijn:

  • Kuiltjes of deukjes in de huid
  • Recent ingetrokken tepel
  • Verandering van de tepel: roodheid, schilfertjes of een plekje dat op eczeem lijkt
  • Bloederig of bruin vocht uit de tepel
  • Pijn in de borst waar ook het weefsel iets anders aanvoelt
  • Een wondje van de huid dat niet geneest
  • Een borst die warm aanvoelt en rood verkleurd is

Onderzoeken

Als u een knobbeltje in uw borst voelt of als bij het bevolkingsonderzoek iets afwijkends is ontdekt, gaat u naar uw huisarts. Als u een verwijzing heeft gekregen, kunt u een afspraak maken voor een mammografie op de afdeling Radiologie via telefoonnummer T 088 320 80 00.

Klik op onderstaande tegels voor meer informatie over onderzoeken bij borstkanker.

Behandelingen

Voor de meeste vrouwen is de uitslag van de onderzoeken goed. Een klein deel krijgt de diagnose kanker. Er breekt dan een periode aan van onzekerheid. Wij proberen deze periode zo kort mogelijk te houden door samen met u een goed behandelplan op te stellen en u persoonlijk te begeleiden. Klik op onderstaande tegels voor meer informatie over de verschillende behandelingen.

Operaties

Informatie over de diverse operaties bij borstkanker

Over de borst

De borsten bestaan voornamelijk uit vet en bindweefsel, dat als een beschermende laag om de bloedvaten en melkklieren ligt. De hoeveelheid vetweefsel bepaalt de grootte van de borst. Het klierweefsel bestaat uit ongeveer 20 trosvormige klieren die via verzamelbuisjes, de melkgangen, uitkomen in de tepel. Tijdens de zwangerschap wordt in de melkklieren, onder invloed van het hormoon prolactine, de melkproductie op gang gebracht. Via het bindweefsel zijn de borsten bevestigd aan de spieren van de borstkas.

Tepels kunnen stijf naar voren staan of ingetrokken of plat zijn. Ze worden stijver als het koud is, als iemand of iets er tegenaan schuurt of bij opwinding tijdens het vrijen. Het gebied rond de tepel heet de tepelhof. Deze heeft dezelfde, iets donkere, kleur als de tepel. De huid van de borsten voelt glad aan. Bij sterke vermagering en bij vrouwen op hogere leeftijd kunnen er rimpels in de huid ontstaan. In de periode na de eisprong en voor de menstruatie neemt het klierweefsel wat in omvang toe onder invloed van het hormoon progesteron. Ook gaat er meer bloed naar de borsten, waardoor bij sommige vrouwen een wat pijnlijk en gespannen gevoel in de borsten ontstaat. Na de menstruatie verdwijnt dit weer.

De borsten kunnen in grootte en vorm iets van elkaar verschillen. Deze asymmetrie is normaal. Ook kan de ene tepel gevoeliger zijn dan de andere.

Opbouw van de borst

De lymfeklieren

In de borst bevinden zich ook lymfevaten die vocht afvoeren naar de lymfeklieren in de oksel. Lymfevaten en lymfeklieren maken deel uit van het afweersysteem en verdedigen het lichaam tegen infecties. Ze zitten zich in het hele lichaam. Lymfevaten worden onderbroken door lymfeklieren. Lymfeklieren zijn meestal boonvormig en kunnen in grootte variëren van speldenknop tot erwt.

In de lymfeklieren worden witte bloedcellen (lymfocyten) gemaakt die de passerende lymfevloeistof van bacteriën kunnen zuiveren. Zijn er, bijvoorbeeld door een ontsteking, veel bacteriën in het bloed, dan kunnen die zich tijdelijk ophopen in de lymfeklier, omdat deze het aanbod niet zo snel kan verwerken. De klier wordt dan groter en is voelbaar als een knobbeltje onder de huid. Het lymfestelsel speelt een belangrijke rol in het vervoer van kankercellen. De lymfeklieren kunnen kankercellen tegenhouden, maar soms schieten ze los en worden dan meegevoerd naar de bloedbaan. Op die manier kunnen uitzaaiingen elders in het lichaam ontstaan.

Gerelateerde informatie

Code CHI 73-OD-A

Terug naar boven