Endoscopische operaties aan de neusbijholten

Een endoscoop is een dunne, starre buis met een camera. Het woord endoscoop betekent letterlijk ‘inkijker’. De KNO-arts kan ermee in uw neus kijken.

Wat de camera opneemt, verschijnt op een beeldscherm. Zo kan de arts zien waar de endoscoop is en hoe het weefsel eruit ziet. 

Om te zien waar het probleem precies zit, onderzoekt uw arts uw neus met een endoscoop. Eventueel wordt uw neus verdoofd met een spray of watjes. Dan wordt uw neusslijmvlies en neusholte onderzocht. Zo kan de arts zien of er kleine poliepjes in uw neusholten zitten.

Ook wordt er een CT-scan van uw neusbijholten gemaakt. Zo kan de arts precies zien wat er in een bepaald gebied (bijvoorbeeld uw neusbijholten) aan de hand is.

Vanaf 5 dagen voor de ingreep mag u geen aspirine® meer slikken. Ook geen verwante pijnstillers zoals Acetosal, Aspro, Daronal, Rhonal of APC. Deze medicijnen werken bloedverdunnend waardoor u meer kans op nabloedingen heeft. Als u een pijnstiller nodig heeft, kunt u het beste paracetamol nemen.

Als u bloedverdunners gebruikt is het nodig dat u daar een tijdje voor de operatie mee stopt. U kunt dit met uw arts overleggen.

In de meeste gevallen wordt deze operatie in dagbehandeling uitgevoerd. Bij bepaalde comorbiditeit kan besloten worden om aan te vullen met een nacht opname.

Een goede voorbereiding is voor u en voor ons belangrijk. Op onze webpagina Dagbehandeling in het St. Antonius Ziekenhuis leest u hoe zich op uw dagbehandeling voorbereidt en krijgt u informatie over de gang van zaken in ons ziekenhuis.

Nagenoeg alle neusingrepen vinden onder totale narcose plaats. U wordt op de operatiekamer in slaap gebracht en wordt wakker op de uitslaapkamer. 

De afvoer van slijm uit de kaak- en voorhoofdsholten loopt via de zeefbeenholte (zie de afbeelding hieronder). Door de zeefbeencellen te vergroten zorgt de arts ervoor dat het slijm beter kan weglopen uit de kaak- en voorhoofdsholten.

De arts opent de zeefbeencellen en de kaakholte met speciale neusbijholte-instrumenten. Daarnaast wordt ontsteking en neuspoliepen uit de holtes verwijderd.

Het kan zijn dat u vlak voor de operatie tampons met medicijnen in uw neus krijgt. Daardoor kan de arts het operatiegebied beter zien.

De endoscopische operatie aan de neusbijholten duurt ongeveer 30 tot 60 minuten. 

Na de neusoperatie krijgt u meestal aan beide kanten tampons in uw neus. Deze worden na 1-3 dagen verwijderd.

Na de operatie kunt u nog een tijdje klachten hebben. De meest voorkomende klachten zijn:

• Een verstopte neus met bloederig slijm en korsten
  Hiervoor kunt u uw neus spoelen met zout water. Zie hiervoor neusspoelen bij adviezen na operatie.

• Pijn
  U kunt ongeveer twee weken last hebben van hoofdpijn of een vol gevoel in uw hoofd. Als u pijn heeft kunt u pijnstillers nemen. U kunt dan het beste paracetamol gebruiken. Als u veel pijn heeft, kunt een recept van ons meekrijgen voor diclofenac, een sterkere pijnstiller.

• Neusdruppels bij poliepen
  Als u bent geopereerd aan neuspoliepen, is het belangrijk om ook na de operatie de neusdruppels (meestal Flixonase nasules) te blijven gebruiken.

• Infectie of bloeding
  Soms kan er een infectie of onverwachte bloeding optreden. Dit is goed te behandelen.

• Verhoogde slijmproductie
  U merkt niet meteen na de ingreep wat de resultaten zijn. De genezing duurt vaak een paar weken. U kunt nog lang een verhoogde slijmproductie hebben. Neuspoliepen kunnen na een tijdje weer terugkomen. Dit gebeurt bij ongeveer dertig procent van de patiënten.

• Na verwijdering tampons
  Nadat de tampons verwijderd zijn, start u met neusspoelen 3-5 keer per dag. U kunt de zoutoplossing makkelijk zelf maken. Het enige wat u nodig heeft is keukenzout (natriumchloride) en lauw water. Als u een neusdouche koopt bij de apotheek of drogist, krijgt u er meestal een paar zakjes zout bij.
  
  Wat heeft u nodig?
  - 1 afgestreken theelepel keukenzout in een mok (200 ml) lauwwarm kraanwater (ongeveer 37°C) of 9 gram zout in 1 liter water. Het water hoeft niet gekookt te worden, Nederlands kraanwater is voldoende schoon.
  - een neusdouche. Deze kunt u bij de poli KNO, op internet of bij de apotheek kopen (voorbeeld: Nasofree, Rhinohorn, Rhinicur, NasoPure).
   
• Snuiten en niezen
  Het is verstandig om de eerste week na de operatie uw neus niet te snuiten. Als u moet niezen, doet u dit dan met open mond.

• Meer adviezen
  Kijk hier voor meer adviezen na de operatie: Neusoperaties: adviezen voor na de ingreep (nieuw)

Het is belangrijk dat u ons meteen belt als u:

• thuis een bloedneus krijgt die na tien minuten niet stopt;
• koorts krijgt boven 38,5 °C;
• een dik of blauw oog krijgt.

Heeft u na ontslag dringende vragen? Neem dan gerust contact met ons op.

Tot 24 uur na ontslag

• Tijdens kantooruren met de poli KNO, T 088 320 21 00.
• Buiten kantooruren met de Spoedeisende Hulp, T 088 320 33 00.

Na 24 uur na ontslag

• Tijdens kantooruren met de poli KNO, T 088 320 21 00.
• Buiten kantooruren met de huisartsenpost in uw regio.

In het St. Antonius Ziekenhuis staat veiligheid voorop. Onze medewerkers doen er alles aan om uw bezoek aan het ziekenhuis zo goed mogelijk te laten verlopen. Help ons a.u.b. om goed voor u te zorgen door ons te vertellen:  

Websites

• Op de website van de Nederlandse Vereniging voor Keel-Neus-Oorheelkunde en Heelkunde van het Hoofd-Halsgebied vindt u veel informatie zoals nieuws en voorlichting over KNO-operaties en -ziektebeelden: www.kno.nl.
• Ook op KNO-artsen.nl leest u allerlei informatie over KNO, van anatomie tot ziekte, voor arts en patiënt.