Behandelingen & onderzoeken Gynaecologie

Urodynamisch onderzoek

Bij dit onderzoek wordt gekeken naar de werking van de blaas, de sluitspieren en de plasbuis. Dit onderzoek wordt zowel bij mannen als vrouwen uitgevoerd.

Het urodynamisch onderzoek is niet pijnlijk. Het inbrengen van de katheters geeft soms even een onaangenaam gevoel.

Meer over urodynamisch onderzoek

Waarom urodynamisch onderzoek

Onder normale omstandigheden heeft de mens volledige controle over zijn of haar urineblaas. Dit wordt geregeld door een ingewikkeld mechanisme, waarbij de blaas, de sluitspier van de blaas en de plasbuis samenwerken. Soms raakt dit mechanisme verstoord. Dat kan zich uiten in allerlei plasproblemen, zoals ongewild urineverlies (incontinentie) of moeilijker plassen. Een urodynamisch onderzoek is een manier om zo goed mogelijk achter de oorzaak van de plasklachten te komen. Het onderzoek kan ook worden gedaan voorafgaand aan een operatie, waarbij de specialist vantevoren zo goed mogelijk geïnformeerd wil zijn over de werking van de blaas.

Het onderzoek in het kort

Bij een urodynamisch onderzoek wordt een dun slangetje (katheter) door de urinebuis in de blaas gebracht. Aan het einde van de katheter zit een kleine drukmeter. Deze meet de druk in de blaas en de urinebuis. Er wordt daarnaast ook een een dunne katheter met een drukmeter in het einde van de dikke darm (rectum) gebracht.

Op de huid in de buurt van de anus worden elektroden geplakt. Deze meten hoe sterk de bekkenbodemspieren zijn. Alle gegevens worden in een computer vastgelegd en berekend. Zo krijgt de arts informatie over de blaasinhoud, de blaasdruk, de afsluitdruk van de urinebuis, de stroomsnelheid door de urinebuis en de kracht van de bekkenbodemspieren. Ook wordt zichtbaar of u urine verliest en wat hier de oorzaak van is.

Niks om u voor te schamen

Veel mannen en vrouwen vinden het onderzoek, waarbij ze met hun benen wijd liggen en ook in deze houding moeten plassen, vervelend of gênant. Dit is op zich logisch, maar echt niet nodig. De verpleegkundige die het onderzoek doet, weet immers dat u mogelijk last heeft van ongewild urineverlies.

Voorbereiding

Neem de vragenlijst ingevuld mee

Voor het onderzoek krijgt u een lijst waarop u  kunt bijhouden hoeveel u drinkt en plast gedurende 24 uur (= mictielijst). Vul deze lijst thuis in en neem deze mee naar het onderzoek.

Kom met een volle blaas naar het ziekenhuis

Aan het begin van het onderzoek wordt de stroomsnelheid van de urine gemeten terwijl u plast. Daarom is het belangrijk dat u met een volle blaas naar het ziekenhuis komt. Houdt u echter wel rekening met een wachttijd.

Gebruik geen bodycrèmes of bodylotions

Gebruik op de dag van het onderzoek geen bodycrèmes of bodylotions in de schaamstreek.

Kleding

  • Voor dames geldt: draag liever geen step-in, korset en dergelijke.
  • Voor heren gelden geen bijzondere kledingadviezen.

Wanneer kan het onderzoek niet doorgaan?

Het onderzoek kan niet doorgaan:

  • Als u een blaasontsteking heeft of als u daar nog voor behandeld wordt. 
  • (voor vrouwen:) Als u ongesteld bent op de dag van het onderzoek.

Bel in deze gevallen tijdig de polikliniek Urologie voor een nieuwe afspraak.

Mijn Antonius-account aanmaken

Mijn Antonius is het beveiligde online patiëntenportaal van het St. Antonius Ziekenhuis. Heeft u nog geen account? Dan is het handig als u er een aanmaakt. Op onze webpagina Mijn Antonius leest en ziet u hoe u dit eenvoudig doet. 

Afzeggen

Bent u verhinderd voor het onderzoek? Laat het ons dan zo snel mogelijk weten. Neem hiervoor telefonisch contact op met de afdeling of polikliniek waar het onderzoek plaatsvindt. 

Onderzoek

Vlak voor het onderzoek

  • De verpleegkundige of de poli-assistente haalt u op uit de wachtruimte en begeleidt u naar een kleedkamer. Hier kleedt u zich van onderen uit. Draagt u een rok of een jurk, dan kunt u deze tijdens het onderzoek aanhouden. Als u een broek draagt, dan moet u deze uittrekken.
  • Vervolgens plast u uw blaas zo goed mogelijk leeg op een speciaal toilet. In dit toilet zitten sensoren: die meten onder meer de hoeveelheid die u plast en de kracht van de straal. Het heeft geen zin tijdens het onderzoek extra ‘uw best’ te doen met plassen, omdat dit tot onbetrouwbare uitslagen kan leiden.
  • De penis of schede (vagina) wordt daarna gereinigd met gazen met water.
  • U krijgt vervolgens een dun slangetje (katheter) via de plasbuis in uw blaas, waarmee wordt gemeten hoeveel urine er nog in de blaas zit. Daarna wordt deze verwijderd.
  • Hierna komt u in de onderzoekskamer. U gaat zitten op een soort toilet of u gaat liggen op een speciale onderzoekstafel.
  • Voordat het eigenlijke onderzoek kan beginnen, wordt u (als u zit) eerst enkele minuten in liggende houding gebracht. Dit gebeurt automatisch. Terwijl u ligt, brengt de arts of de verpleegkundige een kathetertje via de plasbuis in de blaas. Zo meet de arts hoeveel urine er in uw blaas achtergebleven is na het uitplassen. Een klein gedeelte van uw schaamhaar wordt zo nodig weggeweggeschoren, zodat de katheter met een pleister kan worden vastgeplakt.
  • Daarna wordt ook een dun kathetertje in uw anus ingebracht. Deze katheter kunt u vergelijken met een ouderwetse thermometer. Ook dit slangetje wordt met een pleister vastgeplakt.
  • Zodra de slangetjes goed op hun plaats zitten komt u weer in zittende houding; ook dit gaat automatisch. Nu kan het onderzoek beginnen. Tijdens het onderzoek zit u op een toiletstoel (of ligt u op een speciale onderzoekstafel). U hoeft zich absoluut geen zorgen te maken over het eventueel verliezen van urine. Alles wordt keurig opgevangen.

Het onderzoek

  • Terwijl u op de toiletstoel zit of op de speciale onderzoekstafel ligt, wordt uw blaas gevuld met steriel water via een slangetje door uw plasbuis. Tijdens het vullen, meet de computer de druk in de blaas en de druk in uw buik. Dit laatste gebeurt via het slangetje in uw anus. U zult merken dat u aandrang krijgt om te plassen.
  • Tijdens het onderzoek vraagt de verpleegkundige om een aantal keren te hoesten of te persen. Dit is vooral belangrijk als u last hebt van ongewild urineverlies (incontinentie). De blaas wordt verder gevuld totdat u aangeeft dat u de plas niet meer kunt ophouden. Dan wordt het vullen gestopt.
  • De verpleegkundige zegt u op welk moment u kunt uitplassen. U plast langs het slangetje. Om te controleren of de sluitspieren de blaas goed afsluiten, zal de verpleegkundige de katheter langzaam uit de blaas trekken.
  • De andere katheter uit de dikke darm en de elektroden worden nu ook weggehaald. Het onderzoek is dan klaar.
  • U kunt nogmaals uitplassen en zich weer aankleden.
  • Na het onderzoek kunt u gewoon lopen en kunt u op eigen gelegenheid naar huis. U mag dus gewoon autorijden, fietsen of met het openbaar vervoer reizen.

Uitslag

De uitslag van het onderzoek krijgt u van uw behandelend arts. De onderzoeker mag u hierover geen informatie geven. De uitslag van bepaalde onderzoeken kunt u na 2 weken ook inzien in uw eigen dossier via Mijn Antonius.

Nazorg

Extra drinken

Het is belangrijk om na het onderzoek extra te drinken.

Bijwerkingen

Op de dag van het onderzoek kunt u last krijgen van een pijnlijk en branderig gevoel tijdens en na het plassen. Waarschijnlijk moet u ook vaker plassen dan normaal. Dit komt doordat de plasbuis geïrriteerd is door de slangetjes. Het is mogelijk dat deze klachten een paar dagen duren; u hoeft zich daar niet ongerust over te maken. Soms komt er na het onderzoek wat bloed door de plasbuis naar buiten.

Wanneer moet u contact opnemen?

  • als de klachten lang aanhouden, of
  • als u teveel pijn krijgt, of
  • als u koorts hebt (meer dan 38,5 °C)
  • ook als u veel moeilijker kunt plassen dan voor het onderzoek, moet u uw arts waarschuwen.

Bezoek aan de polikliniek

De arts die u verwees voor het urodynamisch onderzoek bespreekt de resultaten van het onderzoek tijdens een nieuw bezoek op de poli. Hij of zij bespreekt met u de oorzaak van uw klachten en welke behandeling bij u past.

Expertise en ervaring

De urologen van het St. Antonius Ziekenhuis hebben uitgebreide expertise op het gebied van alle algemene urologische zorgvragen. Vanwege de omvang van de urologische praktijk hebben zij veel ervaring op het gebied van alle mogelijke urologische ziektebeelden. Daarnaast beschikken zij over de meest moderne apparatuur om tot een goede diagnose te komen en de voor u meest passende behandeling aan te kunnen bieden.

Hoofdbehandelaar

Patiënten worden in het ziekenhuis regelmatig door meerdere medisch specialisten tegelijk gezien. Er is echter altijd één medisch specialist eindverantwoordelijk voor de medische behandeling: de ‘hoofdbehandelaar’. Het is voor u dus belangrijk om te weten wie dit is. Wilt u weten wie uw hoofdbehandelaar is? Vraag dit dan aan de zaalarts of verpleegkundig specialist.

Het filmpje Wie is uw hoofdbehandelaar? geeft u meer informatie hierover.

Veilige zorg in het ziekenhuis

In het St. Antonius Ziekenhuis staat veiligheid voorop. Onze medewerkers doen er alles aan om uw bezoek aan het ziekenhuis zo goed mogelijk te laten verlopen. Help ons a.u.b. om goed voor u te zorgen door ons te vertellen:  

  • Welke medicijnen u gebruikt.
  • Of u allergieën heeft.
  • Of u (mogelijk) zwanger bent.
  • Als u iets niet begrijpt.
  • Wat u belangrijk vindt.
  • Als u iets ziet wat niet schoon is.

Bereid uw gesprek met uw zorgverlener goed voor. Voor tips: Begin een goed gesprek

Op de website van de Nederlandse Patiëntenfederatie leest u meer over hoe u zelf kunt bijdragen aan veilige zorg.

Gerelateerde informatie

Code URO 08-O

Terug naar boven