Behandelingen & onderzoeken Kindergeneeskunde

Waterzakbreuk operatie (hydrocele) bij kinderen

Bij een hydrocele is er een zwakke plek in de buikwand, ter hoogte van de lies. Het buikvlies puilt daar uit in de richting van de balzak. Het uitgezakte stukje buikvlies vult zich met vocht. Dit noemen we de breukzak (hydrocele). Deze is te zien als een verdikking bij de balzak.

Deze aandoening komt zowel bij kinderen als volwassenen voor en is meestal een aangeboren probleem. Dit kan verholpen worden door een operatie. Kinderen worden hiervoor een dag(deel) opgenomen. De operatie wordt uitgevoerd onder algehele narcose. Dit wil zeggen dat het kind in slaap wordt gebracht, zodat hij niets van de operatie merkt. De operatie wordt uitgevoerd door een uroloog.

Voorbereiding

Dagopname kind (0-18 jaar)

Een goede voorbereiding is voor u, uw kind en voor ons belangrijk. Op onze webpagina's "Dagopname kind" leest u hoe u uw kind het beste op de opname en de ingreep kunt voorbereiden.

Eten en drinken (nuchterbeleid)

Eten en drinken

Om misselijkheid en braken tijdens en na de ingreep zoveel mogelijk te voorkomen, is het belangrijk dat uw kind voor de narcose een bepaalde periode niet eet of drinkt (‘nuchter’ blijft). Houd u goed aan de volgende regels:

Uw kind is 1 jaar of ouder

  • Geef uw kind 6 uren voor de opname een licht ontbijt (beschuitje met jam en een kop heldere drank, zoals water, thee of heldere appelsap). Daarna mag uw kind niets meer eten.
  • Tot het tijdstip van naar de operatiekamer gaan mag uw kind nog enkele slokjes heldere drank drinken (ongeveer 3 ml per kilogram lichaamsgewicht per uur). Onder heldere drank verstaan we, water, thee (mag met suiker), heldere appelsap of aanlenglimonade. Dus geen melk en geen vruchtensappen.

Uw kind is jonger dan 1 jaar

  • Geef uw kind 4 uren voor de opname een melkvoeding (fles of borst, geen pap).
  • Tot het tijdstip van naar de operatiekamer gaan mag uw kind nog enkele slokjes drinken (heldere drank). Onder heldere drank verstaan we, water, thee (mag met suiker), heldere appelsap of aanlenglimonade. Geen borstvoeding.

Het is belangrijk dat u zich goed aan deze regels houdt, anders kan de ingreep of het onderzoek niet doorgaan.

Let op: indien de operatie plaatsvindt in de vroege ochtend mag uw kind vanaf 0.00 uur niet meer eten of drinken.

Kleding

  • Zorg ervoor dat uw kind gemakkelijk zittende kleding aan heeft, die u gemakkelijk aan- en uit kunt trekken.
  • Neem een schone set kleding mee voor uw kind voor het geval het een nachtje moet blijven en een paar warme sokken.
  • Neem stevige schoenen mee voor uw kind (om te voorkomen dat het valt).

Mijn Antonius-account aanmaken

Mijn Antonius is het beveiligde online patiëntenportaal van het St. Antonius Ziekenhuis. Heeft u nog geen account? Dan is het handig als u er een aanmaakt. Op onze webpagina Mijn Antonius leest en ziet u hoe u dit eenvoudig doet. 

Afzeggen behandeling

Is uw kind verhinderd voor de behandeling? Laat het ons dan zo snel mogelijk weten. Neem hiervoor telefonisch contact op met de afdeling waar de behandeling plaatsvindt.

Behandeling

  • Uw kind wordt onder narcose gebracht op de operatiekamer.
  • Zodra uw kind onder narcose is, kan de anesthesist een extra verdovende prik geven in de onderrug van uw kind. Uw kind voelt daar niets van. De prik zorgt ervoor dat uw kind de eerste tijd na de operatie geen pijn heeft. Of uw kind hiervoor in aanmerking komt kunt u het beste bespreken met de behandelend arts van uw kind. Als de verdovingsarts de prik in de onderrug geeft, dan heeft uw kind na de operatie een poosje geen gevoel in zijn benen. Dit komt vanzelf terug.
  • Als uw kind slaapt, maakt de uroloog een kleine snee boven de lies. Hij/zij zoekt het breukzakje op en verwijdert het. Verder wordt het vocht dat zich rond het balletje bevindt, verwijderd.
  • De arts hecht het wondje onderhuids met zelfoplosbare hechtingen.
  • Tot slot plakt de arts enkele hechtstrips (speciale pleisters) over de wond.

Duur ingreep

De ingreep duurt tussen de 30 en 60 minuten.

Na de ingreep

  • Ook na de ingreep heeft uw kind behoefte aan uw steun. U kunt hem helpen door hem gerust te stellen en wat uitleg te geven.
  • Op de operatiekamer heeft uw kind een infuus gekregen. Het infuus wordt verwijderd zodra hij iets heeft gedronken en heeft geplast.
  • Als uw kind een ruggenprik heeft gehad, heeft hij tijdelijk geen gevoel in zijn benen. Na enkele uren keert het gevoel weer terug en kan uw kind weer lopen.
  • Voor de verdoving is uitgewerkt krijgt uw kind een zetpil paracetamol tegen de pijn.
  • Als uw kind niet misselijk is, mag hij direct na de operatie weer helder drinken. Als dat goed gaat, mag hij ook wat licht verteerbaar voedsel.

Naar huis

Uw kind mag naar huis zodra hij zich fit voelt en weer normaal kan lopen. Meestal is dat al enkele uren na de operatie.  Als de arts het nodig vindt, krijgt u een afspraak mee voor een controlebezoek op de poli.

Nazorg

Adviezen voor thuis

Hieronder leest u waar u thuis op moet letten en wat uw kind wel en niet mag doen. Als de arts u andere adviezen geeft, volg dan de adviezen van de arts op.

  • Als uw kind zin heeft, mag hij weer langzaamaan beginnen met eten.
  • Let erop dat uw kind plast; sommige kinderen zijn daar wat angstig voor.
  • Over het wondje zitten hechtpleisters. Deze mag u laten zitten tot ze vanzelf loslaten (maximaal 2 weken).
  • Het wondje moet 1 dag droog blijven. Daarna mag uw kind weer douchen. Na 2 weken mag hij weer in bad of zwemmen mits de wond helemaal dicht is
  • De balzak (het scrotum) kan na de ingreep wat dik en/of blauw worden. Maakt u zich daarover niet ongerust, dit verdwijnt na een aantal dagen. Wanneer er een forse zwelling of roodheid te zien is, moet u even contact opnemen.
  • Uw kind kan het beste een strakke luier of onderbroek dragen om zwelling van de balzak te voorkomen. Over de onderbroek heen kan uw kind het beste een niet te strakke broek dragen.
  • Door pijn aan het wondje en een stijve lies loopt uw zoontje misschien wat moeilijk. Geef hem pijnstilling volgens het schema dat de verpleegkundige met u doorgenomen heeft. U vindt het schema op de webpagina ‘Dagopname van uw kind’.

Contact opnemen

Is het wondje in de lies erg pijnlijk, rood en gezwollen? Neem dan contact met ons op.

Tot 24 uur na ontslag

• Tijdens kantooruren met de poli Urologie,  T 088 320 25 00
• Buiten kantooruren met de Spoedeisende Hulp, T 088 320 33 00.

Na 24 uur na ontslag

• Tijdens kantooruren met de poli Urologie , T 088 320 25 00.
• Buiten kantooruren met de huisartsenpost in uw regio.

Expertise en ervaring

De urologen van het St. Antonius Ziekenhuis hebben uitgebreide expertise op het gebied van alle algemene urologische zorgvragen. Vanwege de omvang van de urologische praktijk hebben zij veel ervaring op het gebied van alle mogelijke urologische ziektebeelden. Daarnaast beschikken zij over de meest moderne apparatuur om tot een goede diagnose te komen en de voor u meest passende behandeling aan te kunnen bieden.

Kinderwebsite

Het St. Antonius Ziekenhuis heeft speciale webpagina's voor kinderen en jeugd tot 18 jaar om zich voor te bereiden op hun bezoek aan het ziekenhuis. Aan de hand van onder meer filmpjes, beeldverhalen en veelgestelde vragen kunnen zij zien hoe alles gaat op de Kinderafdeling en kennis maken met de mensen die er werken. 

Hoofdbehandelaar

Patiënten worden in het ziekenhuis regelmatig door meerdere medisch specialisten tegelijk gezien. Er is echter altijd één medisch specialist eindverantwoordelijk voor de medische behandeling: de ‘hoofdbehandelaar’. Het is voor u dus belangrijk om te weten wie dit is. Wilt u weten wie uw hoofdbehandelaar is? Vraag dit dan aan de zaalarts of verpleegkundig specialist.

Het filmpje Wie is uw hoofdbehandelaar? geeft u meer informatie hierover.

Veilige zorg in het ziekenhuis

In het St. Antonius Ziekenhuis staat veiligheid voorop. Onze medewerkers doen er alles aan om uw bezoek aan het ziekenhuis zo goed mogelijk te laten verlopen. Help ons a.u.b. om goed voor u te zorgen door ons te vertellen:  

  • Welke medicijnen u gebruikt.
  • Of u allergieën heeft.
  • Of u (mogelijk) zwanger bent.
  • Als u iets niet begrijpt.
  • Wat u belangrijk vindt.
  • Als u iets ziet wat niet schoon is.

Bereid uw gesprek met uw zorgverlener goed voor. Voor tips: Begin een goed gesprek

Op de website van de Nederlandse Patiëntenfederatie leest u meer over hoe u zelf kunt bijdragen aan veilige zorg.

Gerelateerde informatie

Code URO 91-B

Terug naar boven